Verdoving

Een behandeling bij de tandarts hoeft niet pijnlijk te zijn. De tandarts kan je plaatselijk verdoving zodat je rustig de behandeling kan ondergaan.

Sommige behandeling kunnen niet zonder verdoving worden uitgevoerd. Bijvoorbeeld bij het trekken van een tand of kies of een wortelkanaalbehandeling. Maar bij het vullen van een gaatje is het niet altijd nodig. Toch kan je wel rustiger in de stoel liggen als je weet dat het geen pijn kan gaan doen. Bespreek het met je tandarts of er verdoving nodig is of als je dit zelf een prettiger idee vindt.

Een verdoving is niet zonder risico’s. Het is heel belangrijk om aan je tandarts door te geven welke medicijnen je gebruikt, hoe je medische situatie (bijvoorbeeld aandoening of allergie) is en of er in het verleden problemen zijn geweest tijdens of na een lokale verdoving.

Tijdens de verdoving tintelt je lip en tong en voelt het dik aan. Dit verdwijnt als de verdoving is uitgewerkt. Eet en drink geen warme gerechten of dranken totdat de verdoving helemaal is uitgewerkt, om te voorkomen dat je je verbrandt. Let bij kinderen goed op of ze niet op hun tong of wang kauwen. Er kan zo een wond ontstaan zonder dat ze het doorhebben.

Soms werkt de verdoving niet. Oorzaken kunnen een hevige ontsteking, extreme angst of alcoholgebruik zijn.